zondag 25 oktober 2009

Dirk Scheringa Beheer 20


Een van de mensen van wie ik telkens weer leer is de Britse auteur John Berger. Ik meld dit omdat zijn analyse zoveel intelligenter is dan het wat jolige artikel van Rutger Pontzen in de Volkskrant over de kunstverzameling van Dirk Scheringa, dat in zijn ogen 'grotesk, megalomaan en voor niets anders geschikt dan als een buitenproportioneel statement voor zijn eigen ondernemersschap. En precies dat zou de toekomstige bestemming en uitstraling van het museum moeten zijn: conform de verzamelwoede van de naamgever zou alles wat hij heeft gekocht en bezat moeten worden opgehangen. Niet omdat het allemaal even waardevol is of kwalitatief goed, maar omdat Scheringa aan alles zijn goedkeuring heeft verleend. Omdat het van hem was. Een museum als ultieme spiegel van de grondlegger. Waar rijp en groen, goed en slecht, oud en nieuw, naast, boven en door elkaar hangt,' aldus Pontzen. Een museum als een vorm van bestraffing. Het volk wil hun kunst en zal het weten ook. We zullen de lui die niet meetellen er met de neus induwen.

Bravo Rutger, je hebt gelijk, ik ben het eens met deze gedachte. Er is alleen 1 zwak punt in je betoog, en dat zwakke punt is van cruciaal belang. Niet alleen Scheringa zelf en zijn kunstverzameling is 'grotesk, megalomaan, buiten proportie', maar ook dit hele postmoderne, neoliberale tijdperk (waarbinnen die kunst ontstaat) is 'grotesk, megalomaan, buiten proportie', met alles erop en eraan. De moderne kunst is het product en een antwoord op het groteske van onze tijd. Jouw voorgestelde museum zou dan ook veel meer dit tijdperk uitbeelden dan welke andere kunstverzameling dan ook zou kunnen. Welnu, wij leven in een barok tijdperk, dat wil zeggen, de oorspronkelijke impuls van het modernisme is uitgewerkt, en bijna het enige dat beroepsmatige aandacht krijgt is een herhaling van zetten, een herhaling van de vorm in steeds extremere mate, terwijl de inhoud volledig achter de facade is verdwenen. Maar daarover zwijg je, je suggereert zelfs het tegendeel. Ik bedoel: wat jij als een soort bestraffing voorstelt is in feite geen bestraffing, maar zal een magnifieke uitbeelding zijn van jouw eigen tijd, jouw eigen wereldje, jouw eigen carrieredrift. Je doet alsof Scheringa en zijn verzameling een aberratie zijn en alsof de mainstream nog op het rechte pad verkeert. Dat is een absurde voorstelling van zaken.

Nu dus Berger. Die schrijft in Ways of Seeing: 'The art of the past no longer exists as it once did. Its authority is lost. In its placve there is a language of images. What matters now is who uses that language for what purpose.' Dit schreef John Berger over 'the dealers of the Free Market and their corollary, the Mafia': 'they now have the world in their pocket. They have. But to maintain their confidence they have to change the meaning of all the words used in languages to explain or praise or give value to life: every word, according to them now, is the servant of profit. And so they have become dumb. Or, rather, they can no longer speak any truth. Their language is too withered for that. As a consequence they have also lost the faculty of memory. A loss which one day will be fatal.'

De technologie heeft een beeldcultuur geschapen. Die beelden bepalen de gedachten en handelingen van de massamens. Die beelden kunnen natuurlijk niet al te gecompliceerd zijn. De massamens dient namelijk permanent gemobiliseerd te blijven en dat gebeurd via geconditioneerde reflexen, niet via weloverwogen bespiegelingen. Kunst speelt daar geen enkele rol in. John Berger's analyse is juist dat 'als gevolg van de grootscheepse culturele deprivatie... er grote delen van de… arbeiders en middenklasse bestaan die zich niet helder kunnen uitdrukken. De middelen om datgene wat ze weten te vertalen in gedachten is hen ontnomen… Ze bezitten geen voorbeelden die ze kunnen volgen, waarbij woorden ervaringen duidelijk maken.’ Een avondje televisie kijken en men weet wat Berger bedoeld. Wat kan er, uitgezonderd halve waarheden, grove simplificaties of onbenulligheden, overgebracht worden aan dat halfgeletterde massale gehoor, dat… overal de voorstelling mag bijwonen?’ zo schreef George Steiner. En je kunt het de mensen niet kwalijk nemen. Immers, beste Rutger, je kunt de massamens niet eerst gemobiliseerd houden zodat die allerlei troep koopt en dan verwachten dat hij belangstelling toont voor kunst. Dus je toon ten opzichte van de Scheringa's in deze wereld is onterecht en laf. Kies de echte machtigen als vijand uit, de mensen die uit commerciele overwegingen volstrekt ondemocratisch bepalen hoe onze wereld eruit dient te zien en dan heb ik het zowel over 'de kunstmafia' als de financiele mafia die voor de banken en de multinationals werkt.

Opnieuw, kunst speelt in dit wereldbeeld geen enkele rol. Kunst in de massacultuur is niets anders dan marketing van bepaalde producten. En daar doet ook jouw kunstwereldje aan mee. Sterker nog: het is hun raison d'etre. Het probleem is alleen dat niet langer meer een kleine groep het monopolie bezit op de waardebepaling. Niet langer kan een kongsi 'kunstkenners' bepalen wat kunst is en wat niet. Kennelijk is de strekking van het werk van Andy Warhol nooit echt tot je doorgedrongen. Meer daarover later. Het is allemaal publicity, publicity, publicity. Dat moet je toch weten. Rutger Pontzen, je verdient er notabene je geld mee.

2 opmerkingen:

Anoniem zei

Waarheid als een koe

Wie kan mij uitleggen wat zo bijzonder is aan bv. de zeefdrukken van Karel Appel en Jan Cremer? Is het de techniek, ik vind het zo allemachtig niets!

anzi

Sonja zei

Ik ben het niet eens wat Berger stelt (de citaten alhier) over de beeldcultuur, dat die tegenwoordig zo anders is, "The art of the past no longer exists as it once did. Its authority is lost.", en "als gevolg van de grootscheepse culturele deprivatie". Want ga maar na, kunst was vroeger in de eerste plaats een zaak van religie, en met die religie vormde de beeldtaal een manier om de ongeletterde te "onderwijzen" en angst aan te jagen voor zijn zonden - propaganda dus. Pray, obey, pay. Vrijwel exact dezelfde propaganda als de beelden die wij dagelijks tot ons moeten nemen. De huidige beeldcultuur is niet anders.

Peter Flik en Chuck Berry-Promised Land

mijn unieke collega Peter Flik, die de vrijzinnig protestantse radio omroep de VPRO maakte is niet meer. ik koester duizenden herinneringen ...